De Franse tijd heeft postmeester Nicolas Paul Bonhomme (1757-1815) geen windeieren gelegd. Zijn diligences, die vertrokken vanaf de Markt in Maastricht naar Eindhoven en Den Bosch, maakten deel uit van het indrukwekkende postnetwerk dat Napoleon in West-Europa had uitgerold. Na zijn dood zetten de weduwe Marie Corneille Nijst en de oudste zoon Matthijs Gerard het posthuis en de verhuur van rijtuigen voort.
Het grote geld verdienden de Bonhommes echter door het opkopen van gronden en gebouwen die de Fransen van de kerk hadden geconfisqueerd. Zo bezaten ze boerderijen, stallen, schuren, een watermolen en een stuk land van ruim tachtig voetbalvelden tussen Tongeren en Hasselt. Zo gemakkelijk als de Bonhommes profiteerden van de Franse bezetter, zo was Matthijs Gerard in 1841 bevelhebber van de erewacht te paard toen Koning Willem II zijn intrede deed: met prots en praal en het leverde een lintje op van de koning. Na het verslaan van de Fransen was de gouden tijd voor paardenposterij voorbij en gooide deze Bonhomme het over een andere boeg: hij investeerde in een ijzeren stoomboot op de Maas, tussen Venlo en Maastricht, en stapte met stadsgenoot Petrus Regout in 1844 in een comité voor de aanleg van een spoorweg. Aardewerkfabrikant Regout en Bonhomme waren aardig aan elkaar gewaagd als het ging om het bewaken van een familiekapitaal: in 1853 stond Matthijs Gerard op de 20ste als ‘hoogst aangeslagenen’ van rijksbelastingen in het Hertogdom Limburg – hij betaalde de lieve duit van ƒ 679,26.
De familie bleef in de paardenpost, want in 1877 heeft de firma Bonhomme & Fills het agentschap voor Van Gend & Loos. Voor het hobbymatig mennen interesseerden de Bonhommes zich ook, getuige de foto van een tandem, ergens voor WWI.
Guillaume Bonhomme, een nazaat van die eerste postmeester en gehuwd met Maria van Beneden, is degene die de leidsels vasthoudt, naast hem zit Amadee Tielens. Toeval of niet, die namen hebben nog altijd een relatie met rijtuigen.
De stichting die het vermogen van de families Bonhomme, Van Beneden en Tielens beheert, levert namelijk een welkome bijdrage aan de projecten van de Stichting Hippomobiel Erfgoed. Zo maakte de Stichting Bonhomme Tielens het in 2011 mogelijk om het koetshuis van Museum van Loon aan te vullen met een vierspantuig en kon in 2014 de ezelwagen van Kasteel Heeze worden gerestaureerd. En actueel is er een bijdrage aan het rijtuigenproject van Kasteel de Haar.
foto: Regionaal Historisch Centrum Limburg, familiearchief Regout