“Kijk toch eens, hoe soepel”, glundert restaurator Piet Stolk als hij een wiel van de ezelwagen van Kasteel Duivenvoorde op de as schuift. Het belangrijke stadium van het opnieuw opbouwen van de rijtuigjes is begonnen. En daarmee nadert de voltooiing van maanden precisiewerk.
Na het aandraaien van de moeren, iets dat met gevoel gebeurt, geeft hij een zwengel aan het wiel. Het draait vlot door zonder het geringste spoortje van weerstand. “Er zit alleen een dun filmlaagje olie tussen as en naafbus, en dat loopt soepeler zelfs dan een moderne kogellager”, gaat Stolk op in de oude techniek. Nadat de ezelwagen in de takels hing om er de wielen aan te schuiven, komt het bokkenwagentje wat hulpeloos op zijn rug te liggen voor hetzelfde doel.
Het team van Stolk is bezig met de finale klusjes. Zo krijgt het bokkensleetje nog een randje met franje rond het koetsierszitje achterop en voor de vloer van de ezelwagen zijn stukken linoleum op maat gesneden. Piet Stolk legt uit dat het al vanaf 1870 gebruikelijk was om linoleum op de bodem van luxe rijtuigen te leggen. Het was toentertijd modern en het is slijtvast.
Nog een paar weken te gaan en op zondag 19 augustus zijn de voertuigjes echt af en in vol ornaat te bewonderen op de Parkrijtuigendag in het park van Kasteel Duivenvoorde. Zet u het vast in uw agenda? Kijk voor meer informatie op www.kasteelduivenvoorde.nl
Drie van de vier rijtuigen in dit project komen uit het beheer van Borg en Nationaal Rijtuigmuseum Nienoord en gaan over in langdurig bruikleen door Kasteel Duivenvoorde. Dit project is mede mogelijk gemaakt door Prins Bernhard Cultuurfonds, Stichting Dioraphte, Stichting der Heerlijkheden Oosterland, Sirjansland en Oosterstein, Stichting Bredius en Stichting Bonhomme Tielens.