Nadat de Napoleon van Kasteel de Haar volledig is uitgebalanceerd, is het rijtuig weer uit elkaar gehaald voor ‘schonere’ werk van de restauratie: het reinigen en hertellen van de oude stoffering. Ontelbare mottengaatjes zijn met piepkleine lapjes gedicht en scheurtjes onzichtbaar weer aan elkaar genaaid. En toen kwam de kap, waarvan de ‘hemel’ door mot, muis, schimmel en andere leven onherstelbaar was beschadigd.
Terwijl restaurator Maria Stolk volledig opging in de kleinste mottengaatjes van de bekleding, ontfermde haar echtgenoot Piet zich de kapspanten die te ver waren aangevreten door houtworm. Hij maakte geen nieuwe spanten, maar verving alleen de delen die te ver heen waren. Dan nu de lakense stof voor de binnenkant.
Het klinkt als de titel van een boek ‘Hoe de hemel tot stand kwam’…. Een hemel is de stoffering die aan de binnenkant van de kapspanten is bevestigd. Die stoffering oogt als je d’r zo naar kijkt zo simpel te vervangen. Grote lap stof, paar nietjes d’r in en klaar. Maar zo werkt dat natuurlijk niet. Die stof moet bij een neergeslagen kap netjes wegvouwen en bij het opzetten van de kap egaal gespannen staan. En dat met laken dat zich slecht vouw-loos in een hoekje laat schikken. Een kunst van een hemel is om hem onzichtbaar op te hangen: de lakense stof zit vastgenaaid aan ophangbanden die met spijkertjes aan de kapspanten zijn bevestigd.
“Achter-bovenin zie je het spant in het zicht, netjes mee gestoffeerd. Kom je niet vaak tegen”, noemt Maria Stolk een technisch dingetje dat verraadt dat er bij de Napoleon van Kasteel de Haar nog een extra een stoffeeraddertje onder het gras kon zitten. De Stolks zijn zéér ervaren met dit stoffeerwerk, en toch: “Het is de moeilijkste hemel die we tot nu toe gemaakt hebben.” Het is de vorm: enigszins hoekig en diep. Maria verbeet zich de afgelopen dag al een paar keer ‘opgeven is geen optie…’, want niets loopt recht of in een vloeiende bocht. “Het is een moeilijke kapconstructie, waarbij veel spanning op de stof komt te staan. Het was erg arbeidsintensief. Alles naaien we met de hand, deels in of aan het rijtuig. Steeds ophangen en weer passen, en weer eruit halen om de ophangbanden goed op de juiste positie te krijgen. En nog eens en nog eens. Tot het langzaam aan steeds beter wordt. Ik snap nu ook waarom de hemel zo los van de spanten is. De stoffeerder heeft destijds enorm zijn best moeten doen er überhaupt een nette hemel in te krijgen. En wij nu dus ook weer. Maar, hij zit er in en we zijn tevreden. Nu nog het leer aan de buitenzijde van diezelfde kap, dat belooft wat…”
De vier rijtuigen in dit project komen uit het beheer van Borg en Nationaal Rijtuigmuseum Nienoord en gaan over in langdurig bruikleen door Kasteel De Haar. Dit project is mede mogelijk gemaakt door VZW Pater David, Prins Bernhard Cultuurfonds, Stichting Bonhomme Tielens, VSB Fonds, Mondriaan Fonds en Stichting kasteel de Haar. De Stichting Hippomobiel Erfgoed begeleidt de uitvoering en verzorgt de communicatie.